De vrouw heeft tijdens huwelijk met man X een relatie gehad met man Y waaruit twee kinderen werden geboren. X is derhalve de juridische vader van de kinderen. Na de echtscheiding van man X huwde de vrouw met de biologische vader Y. De vrouw en Y gaan vervolgens scheiden en partijen stellen zich beiden op het standpunt dat een ouderschapsplan niet overgelegd hoeft te worden.

De rechtbank denkt hier anders over en oordeelt dat gezien de bijzondere omstandigheden de bepalingen van artikel 815 Rv analoog dienen te worden toegepast. Bedoeld is in dit artikel weliswaar dat ouders afspraken maken bij echtscheiding over hun kinderen – hetgeen betekent dat strikt genomen geen ouderschapsplan hoeft te worden overgelegd tussen de ouder en de andere echtgenoot die niet de (juridisch) ouder is – maar de kinderen hebben vanaf de geboorte met Y in gezinsverband geleefd en hebben nimmer contact met X gehad en het is niet te verwachten dat dit in de toekomst nog zal gebeuren. Er is dus sprake van family life met Y en daarover kan moeilijk gesproken worden tussen het kind en X.

Bron: Rechtspraak.nl – LJN: BN5145