Appellant werkte als medewerker zwembadbeheer jaarlijks van april tot oktober. Zo ook in 2005. Met ingang van 3 oktober 2005 had hij recht op een WW-uitkering. Appellant was tevens aangesteld als reservist. Als zodanig moest hij een aantal uren per jaar (vaak in het weekend) beschikbaar zijn voor oefeningen. Gezien het feit dat appellant een ambtelijke aanstelling heeft en verplicht is een minimum aantal uren per jaar beschikbaar te zijn voor de Natres komt de Raad tot het oordeel dat het Uwv terecht het standpunt heeft ingenomen dat appellant met betrekking tot zijn werkzaamheden voor de Natres in publiekrechtelijke dienstbetrekking staat en dus werknemer is in de zin van artikel 3 van de WW. Lees meer
Bron: Rechtspraak.nl