Er is een hoop te doen omtrent het alcoholslot programma. Er is inmiddels naar aanleiding van een uitspraak van het Gerechtshof Den Haag van 20 september 2014 door de Minister van infrastructuur en Milieu een brief geschreven op 10 oktober 2014. Naar aanleiding daarvan heeft het CBR bepaald dat er geen nieuwe alcoholslot programma's zullen worden opgelegd en dat er voorlopig geen beslissingen worden genomen naar aanleiding van de ingediende bezwaarschriften tegen het opleggen van het alcoholslot. Het CBR wil de uitspraak van de hoogste bestuursrechter, de Raad van State afwachten. De Raad van State heeft kritische vragen gesteld aangaande de gang van zaken omtrent het alcoholslot en gaat daarover een uitspraak doen.

Uitspraak Gerechtshof

In de zaak van het Gerechtshof Den Haag is het Openbaar Ministerie met betrekking tot een verdachte die verdacht werd van rijden onder invloed, niet-ontvankelijk verklaard. Dit had te maken met het feit dat het CBR aan deze verdachte eerder de bestuursrechtelijke maatregel van het alcoholslot had opgelegd.

Het gerechtshof heeft beslist dat er niet een strafrechtelijke sanctie mag volgen as er al een bestuursrechtelijke maatregel is opgelegd. Volgens het gerechtshof is het alcoholslot ook een straf in de zin van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens. Het Gerechtshof stelt dan ook dat de maatregel van het alcoholslot gelijk moet worden gesteld aan een strafrechtelijke sanctie. Dit heeft te maken met het ne bis in idem-beginsel. Dit beginsel houdt in dat je niet twee keer mag worden berecht en/of gestraft voor hetzelfde feit. Als er een alcoholslot programma is opgelegd en het rijbewijs ongeldig is verklaard mag er dus niet nog een strafsanctie worden opgelegd. Dit omdat er dan dubbel wordt bestraft.

Dit betekent dat, ervan uitgaande dat er bezwaar is gemaakt er dus geen bereidheid is tot medewerking aan het alcoholslot, er langer gewacht moet worden op een beslissing op bezwaar en de termijn waarop je je rijbewijs kan terugkrijgen ook langer duurt. Dit is zeer onwenselijk.

Voorlopige Voorziening / bestuursrechter

In verband met deze zeer onwenselijke ontstane situatie is er aanleiding om een voorlopige voorziening (spoedprocedure) te starten In deze procedure vraag je de bestuursrechter het besluit van het CBR waar het alcoholslot programma is opgelegd te schorsen en te bepalen dat het rijbewijs wordt teruggegeven. De rechtbank Limburg heeft naar aanleiding van zo'n gestarte spoedprocedure op 14 november 2014 bepaald dat er aanleiding is om het verzoek tot een voorlopige voorziening toe te wijzen en het besluit van CBR geschorst.