Korte metten op verkeerscontroles op basis van uitsluitend de etnische of religieuze kenmerken of achtergronden van de bestuurder of de inzittende!

Uitspraak Gerechtshof 2015: dynamische verkeerscontrole ontoelaatbaar

In december 2015 heeft het Gerechtshof bepaald dat een verkeerscontrole onrechtmatig is als de politie misbruik maakt van haar bevoegdheden, die zij heeft op grond van de Wegenverkeerswet. In die zaak had de politie de haar toekomende controlebevoegdheden uit de Wegenverkeerswet gebruikt voor de opsporing van een strafbaar feit. Dit was volgens het Hof Amsterdam ontoelaatbaar. Het Hof Amsterdam had dan ook bepaald dat de naar aan van die verkeerscontrole in de auto aangetroffen wiet, niet tot het bewijs mocht meewerken. De verdachte is om die reden vrijgesproken.

(Dynamische) Verkeerscontroles

Met deze uitspraak kon het Openbaar Ministerie zich niet verenigen. Het OM heeft dan ook cassatie ingesteld. Dit betekent dat de Hoge Raad – de hoogste instantie- een oordeel moet geven over de vraag of het uitoefenen van de zogeheten “dynamische verkeerscontroles” toelaatbaar zijn. Deze verkeerscontroles strekken ertoe om auto’s te controleren, waarin zich personen bevinden die mogelijk crimineel actief zijn. Dit noemt met ook wel Fishing Expedition. Bij deze verkeerscontroles is de politie in essentie bezig om op te sporen. De politie maakt daarvoor gebruik van de controlebevoegdheden uit de Wegenverkeerswet, zonder dat er sprake is van een concrete verdenking. Volgens het Hof Amsterdam is dit in strijd met het beginsel van détournement de pouvoir (misbruik van recht) en moet dit tot bewijsuitsluiting leiden.

HR zegt het mag wel, maar beperkt: er geldt een verbod op etnisch profileren

Inmiddels heeft de Hoge Raad naar aanleiding van het ingestelde cassatie door het openbaar ministerie op 1 november 2016 een belangrijke uitspraak gedaan. Deze uitspraak is te vinden op: ECLI:NL:HR:2016:2454 (https://uitspraken.rechtspraak.nl/inziendocument?id=ECLI:NL:HR:2016:2454)
De Hoge Raad komt tot de conclusie dat de politie op straat niet zomaar een willekeurig voertuig mag uitkiezen voor een verkeerscontrole als dit geschiedt op basis van uitsluitend etnische of religieuze kenmerken of achtergronden van de bestuurder of de inzittende.
De Hoge Raad stelt echter dat de politie juist handelt in gevallen waarbij een verkeerscontrole eerst daadwerkelijk het rijbewijs en het kenteken wordt gecontroleerd. Volgens de Hoge Raad mag er dus wel een verkeerscontrole plaatsvinden waarbij er dan ook opsporingsdoeleinde zijn, mits er wel naar het rijbewijs en het kenteken wordt gevraagd. Als er dan naar aanleiding van die verkeerscontrole bewijs wordt aangetroffen, dan mag dit bewijs meewerken in de strafzaak en geldt niet dat dit van het bewijs moet worden uitgesloten omdat dit bewijs onrechtmatig zou zijn verkregen. Met deze stelling van het Gerechtshof heeft de Hoge Raad helaas korte metten gemaakt.

Dynamische verkeerscontrole: verbod op etnisch profileren

De Hoge Raad geeft in de uitspraak van 1 november 2016 aan dat, in het geval een verkeerscontrole wordt ingezet om opsporingshandelingen mogelijk te maken, deze controle nog niet onrechtmatig is. In een dergelijk geval is de controle bevoegdheid niet uitsluitend gebruikt voor opsporing. In het geval er niet naar het rijbewijs en het kenteken wordt gevraagd en er duidelijk sprake is dat de verkeerscontrole is ingezet om opsporingshandelingen mogelijk te maken, zal dit anders zijn, gezien de uitspraak van de Hoge Raad.

Waarborgen in acht nemen

De Hoge Raad stelt uitdrukkelijk dat bij het aanwenden van de controlebevoegdheden door de politie tegen over de verdachte de aan de verdachte toekomende waarborg in acht moeten worden genomen. Wat deze waarborgen zijn heeft de Hoge Raad al eerder bepaald, namelijk in november 2006. /

In de uitspraak van de Hoge Raad van 1 november 2016 wordt, zoals is aangegeven, de kanttekening gemaakt dat het uitoefenen van controle bevoegdheden op grond van de Wegenverkeerswet toelaatbaar is, ook als dit verband houdt met opsporingsactiviteiten, onder de voorwaarde dat daadwerkelijk inzage in het rijbewijs en/of kentekenbewijs is gevorderd.

Casuistische beoordeling voor rechters of er sprake was van een selectie van de te controleren auto op basis van religie, ras en/of levensovertuiging

Het is aan de rechters bij iedere casus te beoordelen of de politie bij de uitoefening van de controle bevoegdheden de te controleren personen of personen heeft geselecteerd op een wijze die verenigbaar is met het uitgangspunt dat personen niet worden gediscrimineerd wegens onder meer hun ras, godsdienst of levensovertuiging. De Hoge Raad stelt dat als er een rechter tot het oordeel komt dat bij het te selecteren voertuig godsdienst, ras dan wel levensovertuiging een rol heeft gespeeld, het oordeel moet zijn dat er sprake is van een niet gerechtvaardigd onderscheid en het aan de rechter is te bepalen welk rechtsgevolg in de gegeven omstandigheden daaraan moeten worden verbonden. In een dergelijk geval is de uitvoering van de controle bevoegdheid op grond van de Wegenverkeerswet immers naar het oordeel van de Hoge Raad onrechtmatig.

Kortom, de Hoge Raad heeft in de uitspraak van 1 november 2016 bepaald dat er bij het selecteren van een auto voor een (verkeers)controle niet mag worden gediscrimineerd. Wees er dus op bedacht, in het geval je te maken hebt met een verkeerscontrole, dat deze controle het gevolg kan zijn van het feit dat je donker bent, in een dure auto rijdt en dat dit niet is toegestaan. Het advies is om bij een verkeerscontrole geen antwoord te geven op enige vragen van de verbalisanten en geen toestemming te geven tot doorzoeking van de auto en fouillering.

mr Nienke de Vos
Ad Advocaten
Roemer Visscherstraat 24
1054 EX Amsterdam
020-6181781
06-52477973
vos@adadvocaten.nl