Bewoners van een appartement boven een winkelruimte hebben de eigenaar van de winkelruimte en de vennoten die aldaar een trattoria runnen, gedagvaard teneinde de uitoefening van het bedrijf te staken. Aan de vordering wordt ten grondslag gelegd dat in strijd met het splitsingsreglement een horecabedrijf gevestigd is in de winkelruimte. Voorlopige voorziening gevraagd in verband met de overlast die de trattoria veroorzaakt. Allereerst komt de vraag aan de orde of de trattoria als ‘horeca’ moet worden aangemerkt als bedoeld in het splitsingsreglement. Die vraag wordt bevestigend beantwoord. Toch afwijzing van de vordering nu de overlast niet anders is dan de overlast die een winkelbedrijf zou veroorzaken.

Bron: Rechtspraak.nl – ECLI:NL:RBNHO:2013:13001