De zogenaamde Vogelaarheffing, die een grote groep woningcorporaties over 2008 en 2009 moest betalen, is onterecht opgelegd. Dat heeft de bestuursrechter in Utrecht vrijdag bepaald in een zaak die de woningcorporaties tegen het Centraal Fonds Volkshuisvesting begonnen waren.
Het Fonds vindt dat alle woningcorporaties die niet actief zijn in de 40 zogeheten Vogelaarwijken, genoemd naar de toenmalige bewindspersoon Ella Vogelaar, moeten bijdragen aan de extra investeringen die nodig zijn in deze wijken. Daarom wordt bij de ene groep corporaties geld weggehaald via de heffing, zo’n € 75 miljoen per jaar, om dat geld via subsidies, bijzondere projectsteun genoemd, te kunnen geven aan de corporaties die actief zijn in de Vogelaarwijken en die met deze subsidies projecten in deze wijken financieren.
De rechtbank heeft de beroepen van de corporaties gegrond verklaard en alle heffingsbesluiten vernietigd.
Volgens de rechtbank was de heffing voor de corporaties in 2008 onvoldoende voorzienbaar, omdat die pas in oktober van dat jaar werd opgelegd. De corporaties hebben met die heffing geen rekening kunnen houden bij het opstellen van hun eigen begroting en investeringsplannen. De heffing is daarmee in strijd met de Woningwet, het rechtszekerheidsbeginsel en (artikel 1 Eerste Protocol bij) het (Europees) Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden (EVRM). Lees meer
Bron: Rechtspraak.nl