Specifiek gebruiksverbod; Begrip permanente bewoning; Algemeen gebruiksverbod gericht tot gebruiker, niet tot eigenaar; Artikel 7.10 Wro niet van toepassing; Overgangsrecht artikel IV van de vierde tranche Awb; Artikel 5:1, tweede lid, van de Awb niet van toepassing, eigenaar niet als medepleger aan te merken.

2.10 Eiseres heeft betoogd dat zij niet heeft gehandeld in strijd met het specifieke gebruiksverbod. Verweerder heeft onvoldoende gegevens overgelegd om vast te stellen of sprake is van permanente bewoning. Dit betekent dat overtreding van artikel 2.11, derde lid, aanhef en onder 1, van de planvoorschriften niet is vastgesteld. Ten aanzien van het algemene gebruiksverbod heeft eiseres gesteld dat dit verbod zich slechts richt tot de gebruiker. Eiseres heeft gesteld dat zij niet als overtreder van dit verbod kan worden aangemerkt aangezien zij, als eigenaar van de camping, niet degene is die de camping gebruikt. Naar aanleiding van de uitspraak van de voorzieningenrechter van 31 maart 2011 heeft eiseres ter zitting betoogd dat de vierde tranche van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) op het bestreden besluit niet van toepassing is, zodat zij ook niet op grond van artikel 5:1, tweede lid, van de Awb als overtreder van het algemene gebruiksverbod kan worden aangemerkt.

Bron: Rechtspraak.nl – LJN: BR5630