Veel ondernemers beschermen hun privé vermogen door de zakelijke activiteiten onder te brengen in een besloten vennootschap en door huwelijksvoorwaarden op te maken. Dit is ook een bescherming voor de partner van de ondernemer die niet wil worden meegesleurd in een faillissement. Als de partner eigen vermogen heeft wil hij of zij uiteraard niet dat dit vermogen wordt aangesproken door crediteuren van de echtgenoot-ondernemer. Niet iedereen realiseert zich echter dat huwelijksvoorwaarden nooit een volledige bescherming kunnen bieden.
Huwelijksvoorwaarden waterdicht?
Een bekend voorbeeld uit de rechtspraak is de volgende: man en vrouw zijn op huwelijksvoorwaarden gehuwd met uitsluiting van iedere gemeenschap van goederen en met een periodiek verrekenbeding. Tijdens het huwelijk heeft de vrouw een woning in Alkmaar in eigendom verworven. Deze woning is gefinancierd door middel van een hypothecaire geldlening, waarvoor zowel de man als de vrouw hoofdelijk aansprakelijk zijn. Op de hypothecaire geldlening wordt niet afgelost. De vrouw voldoet de rente ten laste van haar eigen inkomen. Tijdens het huwelijk gaat de man failliet. De curator vindt dat de woning in de failliete boedel valt.
Wat zegt de faillissementswet?
Een bekend spreekwoord is dat iedereen wordt geacht de wet te kennen maar de vraag is of partners bij het opmaken van huwelijksvoorwaarden artikel 61 van de Faillissementswet scherp op het netvlies hebben. Veel notarissen waarschijnlijk ook niet. Toch is dit in de faillissementswet een belangrijk artikel dat verstrekkende gevolgen kan hebben.
Volgens de faillissementswet wordt het faillissement van een echtgenoot die in enige gemeenschap is gehuwd, behandeld als het faillissement van die gemeenschap. Hiermee wordt niet alleen een gemeenschap van goederen bedoeld maar ook de situatie dat niet duidelijk is wie de eigendom heeft en er sprake is van een vermenging.
In artikel 61 van de Faillissementswet is het recht van een echtgenoot geregeld om alle goederen die zijn of haar eigendom zijn en niet in de huwelijksgemeenschap (of de gemeenschap van het geregistreerd partnerschap) vallen terug te nemen. Die goederen blijven dan buiten het faillissement van de partner en kunnen niet door een curator worden opgeëist.
Dit wetsartikel is bedoeld om schuldeisers te beschermen tegen samenspanning van partners die proberen in het zicht van een faillissement van een van hen nog snel vermogen over te hevelen naar de andere partner. De crediteuren van de failliete partner zouden dan achter het net vissen.
Wat zijn de rechten van echtgenoot van de failliet?
De echtgenoot verweert zich door te stellen dat de woning haar eigendom is en dat zij de rente voor de hypotheek altijd uit haar eigen inkomen heeft betaald. De curator beroept zich op artikel 61 van de Faillissementswet en stelt dat de vrouw moet bewijzen dat zij eigenaar is van de woning én dat de woning is gefinancierd vanuit haar eigen privé vermogen. Volgens de wet is alleen schriftelijk bewijs toegelaten. Bewijs door getuigen is niet mogelijk. Deze bewijsregeling maakt het in de praktijk voor de niet failliete partner vaak heel moeilijk zijn of haar eigendom buiten het faillissement van de andere partner te houden. Er zijn immers maar weinig echtparen die als boekhouders leven en voortdurend alle administratie goed bijhouden, gescheiden houden en ook nog eens vele jaren bewaren!
Voor de rechter is het enkele feit dat de man heeft meegetekend en hoofdelijk aansprakelijk is voor de hypothecaire geldlening voor de woning die eigendom is van de vrouw, reden genoeg om aan te nemen dat de woning die met dat geld is gekocht in de failliete boedel valt.
Het wordt nog problematischer als de failliete partner heeft meebetaald aan de rente of uit zijn vermogen heeft afgelost op de hypothecaire schuld. De failliete partner heeft dan geïnvesteerd in de woning en volgens de faillissementswet zal de woning dan in de boedel van zijn faillissement vallen. De niet failliete partner kan dan niet meer aanvoeren dat hij of zij met volledig eigen middelen de woning heeft gefinancierd.
Wat te doen?
Dit voorbeeld maakt duidelijk dat ook huwelijksvoorwaarden niet altijd kunnen beschermen tegen een faillissement van een partner.
Advies:
1. Hou wat gescheiden moet blijven ook echt gescheiden: dus geen gezamenlijke eigendom, geen gezamenlijke financiering, geen gezamenlijke rekening ten laste waarvan de rente en aflossing worden betaald etc.
2. Zorg voor een goede en inzichtelijke administratie zodat altijd kan worden aangetoond hoe de geldstromen zijn verlopen;
3. Bewaar alle schriftelijke bewijsstukken.
Dit artikel is geschreven door Arthur Sweens, advocaat voor ondernemers en curator in Alkmaar en Den Helder.
Heeft u vragen bel Arthur Sweens op 0223-660114 of 06 22423073 (ook voor Whatsapp) of mail naar sweens@knuwer.nl