Voor huurovereenkomsten van zelfstandige woonruimte die per juli 2016 zijn gesloten geldt dat deze van rechtswege eindigen voor zover de overeenkomsten zijn gesloten voor een bepaalde tijd van twee jaar of korter. Voor alle andere huurovereenkomsten van zelfstandige woonruimte geldt dat deze niet vanzelf eindigen, aldus ongeacht de bedongen huurtermijn. De huurovereenkomst kan in die gevallen uitsluitend worden opgezegd op grond van de zogenaamde ‘opzeggingsgronden’. Een van deze gronden is het ‘dringend eigen gebruik’. Van dringend eigen gebruik is sprake als de verhuurder het gehuurde zelf dringend nodig heeft of als hij het gehuurde wil renoveren of slopen. Voor zover de huurder niet instemt met de opzegging op grond van dringend eigen gebruik dient de ontbinding van de huurovereenkomst bij de kantonrechter te worden gevorderd.

Uitkomst procedure

De uitkomst van een procedure waarbij ontbinding op grond van dringend eigen gebruik wordt gevorderd is onzeker. De kantonrechter beoordeelt per situatie of de verhuurder enig objectief voordeel heeft. Voorts is voor toewijzing van de ontbinding vereist dat er passende woonruimte aanwezig is. Tot slot vindt er belangenafweging plaats waarbij het belang van de verhuurder, onder de omstandigheden van het geval, zwaarder dient te wegen dan het belang van de huurder. Daarbij is doorslaggevend of de dringendheid van het eigen gebruik zodanig is dat van de verhuurder niet kan worden gevergd dat de huurovereenkomst in stand wordt gelaten.

Juridisch advies

Bij een beroep op dringend eigen gebruik is het dan ook zaak om juridisch advies in te winnen zodat uw mogelijkheden voor u in kaart worden gebracht.