Wanneer de schulden van de nalatenschap zijn voldaan en de vereffening is voltooid, kan worden begonnen aan de verdeling van de nalatenschap.Het is gebruikelijk dat de erfgenamen de verdeling dan vastleggen in een verdelingsovereenkomst, waarin de gewenste wijze wordt beschreven waarop de goederen tussen de erfgenamen moeten worden verdeeld. Daarna moet aan die verdelingsovereenkomst uitvoering worden gegeven door de goederen aldus op wettelijk voorgeschreven wijze te leveren. Het is in beginsel noodzakelijk dat alle deelgenoten van de nalatenschap hieraan meewerken. Ieder van hen is immers voor een gedeelte eigenaar.

Wat nu als er één erfgenaam is, die dwarsligt?
Helaas gebeurt het wel vaker – en dan met name in grote nalatenschappen – dat er één erfgenaam is die zich niet kan vinden in de door de andere erfgenamen voorgestelde verdeling en die dus weigert zijn handtekening te zetten onder de vaststellingsovereenkomst, die door de andere erfgenamen wel is ondertekend. De gang naar de rechter lijkt dan onvermijdelijk.

Op grond van de wet (artikel 3:178 BW) kan iedere deelgenoot verdeling vragen van een gemeenschappelijk goed. Het is op die grondslag mogelijk om aan de rechter te vragen in het vonnis dezelfde verdeling te bepalen zoals deze door de overige erfgenamen bij vaststellingsovereenkomst is afgesproken (artikel 3:300 BW), met benoeming van een notaris om de weigerachtige erfgenaam te vertegenwoordigen als deze ook na betekening van het vonnis door de deurwaarder alle noodzakelijke medewerking blijft weigeren om verdeling te laten plaatsvinden (artikel 3:181 BW).

Een dergelijke procedure kan ook plaatsvinden in de spoedprocedure van het Kort Geding. Daarbij kan worden verwezen naar de uitspraak van de Rechtbank Limburg 6 juli 2020, ECLI:NL:RBLIM:2020:4849, waarin dertien erfgenamen al bijna twintig jaar aan het wachten waren op een definitieve verdeling van de erfenis. Om het verder oplopen van schade, rente- en investeringskosten te voorkomen, hadden zij naar de mening van de rechter een spoedeisend belang om die ene weigerende veertiende erfgenaam te dagvaarden teneinde verdeling van de nalatenschap te vorderen. Bij het toewijzen van de vordering van de dertien erfgenamen speelde een belangrijke rol dat de veertiende erfgenaam geen goed verweer had om zich tegen de verdeling te blijven verzetten.

Hebt u vragen over de verdeling van een nalatenschap en wilt u weten wat uw rechten zijn en of het mogelijk is om een verdeling te bespoedigen, neemt u dan gerust contact met mij op.

mr. Ph. A. J. Raaijmakers – AD Advocaten