Op het moment dat een schuldenaar uw openstaande vordering onbetaald laat, dan zult u (extra) kosten moeten maken ter verkrijging van voldoening buiten rechte (artikel 6:96 lid 2 sub c BW). Dat is niet anders indien er sprake is van een consument-schuldenaar. Toch dient u zichzelf wel af te vragen of dit het geval is, indien u handelt als natuurlijk persoon die handelt in de uitoefening van een bedrijf, als bedrijf of als rechtspersoon. Als daarvan sprake is en u een openstaande vordering heeft op een natuurlijk persoon (consument) dan gelden er namelijk strengere eisen met betrekking tot het vergoed krijgen van uw schade in de vorm van de buitengerechtelijke incassokosten. Consumenten worden namelijk (terecht) extra beschermd door de Nederlandse wetgeving, aangezien hij als zwakkere partij worden gezien in de verhouding tot een professionele partij.

De veertiendagenbrief

Nadat de schuldenaar in verzuim is geraakt is hij tevens de buitengerechtelijke incassokosten verschuldigd. Bij een consument-schuldenaar zit hier echter nog een extra schakeltje tussen op grond van artikel 6:96 lid 6 BW. Deze bepaling wordt ook wel de ‘veertiendagenbrief’ genoemd. Deze bepaling stelt dat een consument-schuldenaar nog een laatste kans (termijn van veertien dagen) moet worden geboden door de schuldeiser waarbinnen hij alsnog de openstaande vordering kan voldoen, zonder dat hij ook de buitengerechtelijke incassokosten is verschuldigd. In deze veertiendagenbrief dient een schuldeiser een consument-schuldenaar te wijzen op de gevolgen van het wederom uitblijven van betaling. Het gevolg is namelijk dat de consument-schuldenaar tevens de buitengerechtelijke incassokosten is verschuldigd, waardoor hij een hoger bedrag moet betalen. De hoogte van dit bedrag dient in de veertiendagenbrief expliciet worden genoemd. De hoogte van het bedrag wordt berekend aan de hand van de Staffel Buitengerechtelijke Incassokosten (BIK).

Aan Hoge Raad gestelde vragen

Nadat er onduidelijkheid was ontstaan over de voorwaarden van de veertiendagenbrief heeft de kantonrechter te Almere op de voet van artikel 392 Rechtsvordering prejudiciële vragen gesteld aan de Hoge Raad over deze veertiendagenbrief. De vragen hadden – kort samengevat – betrekking op het moment waarop de veertiendagentermijn ingaat, de stel- en bewijsplicht, de gevolgen van het onjuist vermelden van de veertiendagentermijn, de rol van de rechter en de gevolgen van een deelbetaling door de consument-schuldenaar.

Antwoorden van Hoge Raad

Op 25 november 2016 heeft de Hoge Raad een uitspraak gedaan, waarbij hij de gestelde vragen heeft beantwoord. U kunt de uitspraak hier nalezen (“hier” -> LINK: https://uitspraken.rechtspraak.nl/inziendocument?id=ECLI:NL:HR:2016:2704) Het meest belangrijke uit de uitspraak van de Hoge Raad is dat de veertiendagentermijn pas ingaat de dag ná ontvangst van de veertiendagenbrief. Simpelweg houdt dit in dat, indien u een veertiendagenbrief vandaag per gewone post verzendt, dat de veertiendagentermijn pas overmorgen aanvangt. Bij onjuiste vermelding van de veertiendagentermijn, bijvoorbeeld één dag korter, heeft dit tot het gevolg dat de veertiendagenbrief niet het gewenste effect zal hebben. Indien de veertiendagenbrief niet voldoet aan de daaraan gestelde wettelijke voorwaarden dan is de consument-schuldenaar niet tevens de buitengerechtelijke incassokosten verschuldigd. Let hier dus goed op! Het is dan ook aan te bevelen om voor de zekerheid een langere termijn te vermelden, zoals bijvoorbeeld “binnen drie weken na heden”. De formulering zoals “binnen veertien dagen vanaf de dag nadat deze brief bij u is bezorgd” of “binnen vijftien dagen nadat deze brief bij u is bezorgd” voldoet aan de wettelijke eisen.

Contact

Mocht u naar aanleiding van het bovenstaande nog vragen hebben met betrekking tot het incasseren van een vordering en/of het versturen van een aanmaning (bijvoorbeeld veertiendagenbrief), neem dan gerust contact op met ons kantoor. Indien u zelf een aanmaning en/of veertiendagenbrief heeft ontvangen, kunnen wij u uiteraard ook bijstaan ter voorkoming dat u bovenop het opeenstaande bedrag ook de buitengerechtelijke incassokosten verschuldigd bent, indien de veertiendagenbrief niet voldoet aan de wettelijke eisen.

mr. Colin Houth