Deel 1 – zwangerschap

Er zijn een aantal situaties waarin een werknemer niet ontslagen kan worden. Denk daarbij aan de zieke, zwangere en dienstplichtige werknemer of de werknemer die lid is van de ondernemingsraad. Echter, geen regel zo definitief of er geldt wel een uitzondering op. In deze reeks worden de verschillende opzegverboden (ontslagverboden) en de uitzonderingen besproken. Vandaag beginnen we met het ontslagverbodd tijdens zwangerschap.

Hoofdregel

De werkgever kan de arbeidsovereenkomst met een werkneemster niet opzeggen gedurende haar zwangerschap en haar zwangerschaps- of bevallingsverlof. Deze bescherming heeft de werkneemster ook gedurende de zes weken na de terugkeer op het werk aansluitend op het bevallingsverlof. Als de werkneemster na haar bevallingsverlof nog arbeidsongeschikt is vanwege zwangerschapsgerelateerde klachten, mag gedurende de eerste zes weken van werkhervatting, aansluitend op die arbeidsongeschiktheid evenmin ontslagen worden. Deze hoofdregel staat in artikel 7:670 lid 2 BW.

Uitzonderingen

Het is belangrijk om in de hoofdregel een onderscheid te maken tussen het verbod om een werkneemster wegens de zwangerschap te ontslaan en het verbod om werkneemster tijdens de zwangerschap te ontslaan.

Het ontslagverbod wegens zwangerschap is absoluut en komt voort uit de Wet gelijke behandeling (art. 7:646 lid 5 BW). Het opzegverbod tijdens zwangerschap is daarentegen niet absoluut. Op deze regel bestaan enkele uitzonderingen, daarbij wordt onderscheid gemaakt tussen de periode van zwangerschap en de periode van zwangerschaps- en bevallingsverlof.

In de eerste plaats geldt het opzegverbod niet tijdens de proeftijd. De arbeidsovereenkomst van een zwangere werkneemster mag dus wel tijdens de proeftijd beëindigd worden, maar de zwangerschap mag niet de reden voor de beëindiging zijn.

Daarnaast is het opzegverbod niet van toepassing als de zwangere werkneemster op staande voet wordt ontslagen. Als een zwangere werkneemster, ongeacht of ze met zwangerschaps- of bevallingsverlof is, iets gedaan (of nagelaten) heeft waarvoor zij op staande voet ontslagen kan worden, staat haar zwangerschap aan dit ontslag niet in de weg.

In de derde plaats geldt dat het opzegverbod tijdens zwangerschap niet geldt in het geval de werkzaamheden van de onderneming volledig worden beëindigd of als de activiteiten van een bepaald onderdeel van het bedrijf waar de werkneemster werkzaam is worden beëindigd (artikel 7:670a lid 2 onderdeel d en 3 onderdeel a BW). In dat laatste geval moet de werkneemster minimaal 26 weken gewerkt hebben op de arbeidsplaats die vervalt. Dit om te voorkomen dat zij tijdens haar zwangerschap, kort voor de beëindiging naar de verdwijnende afdeling wordt overgeplaatst, om zo het ontslagverbod te omzeilen.

In een situatie van volledige of gedeeltelijke bedrijfsbeëindiging geldt het ontslagverbod voor de zwangere werkneemster dus niet. Echter voor de werkneemster die met zwangerschaps- of bevallingsverlof is geldt het verbod nog onverminderd. De werkgever zal in dat geval moeten wachten tot na het verlof.

Bewijs

Hoewel een zwangere werkneemster genoeg andere dingen heeft om zich druk over te maken, kan het juridisch van belang zijn of ze daadwerkelijk zwanger is en wanneer het kind is verwekt.

Als de werkgever twijfelt aan de verklaring over de zwangerschap, kan van de vrouw gevraagd worden een verklaring van haar arts of een verloskundige aan de werkgever te geven.

De werkgever kan zich in een ontslagkwestie op het standpunt stellen dat de conceptie nog niet had plaatsgevonden op het moment van het ontslag. Als de werkneemster dit tegenspreekt, zal de werkgever zijn standpuntmoeten bewijzen, hoe uitdagend dit ook zal zijn. Van de vrouw kan niet worden gevergd dat zij meer gegevens verstrekt dan in de verklaring van de arts of verloskundige staan vermeld.

In het geval van een IVF-behandeling is er meer duidelijkheid en begint de zwangerschap op de dag van het in de baarmoeder plaatsen van de eicellen.

Conclusie

Het ontslagverbod tijdens zwangerschap beschermt de werkneemster in veel gevallen, maar is niet absoluut. Ontslag wegens de zwangerschap of tijdens het zwangerschaps- en bevallingsverlof is niet mogelijk (behoudens een ontslag op staande voet).