De staatssecretaris van Financiën heeft een geactualiseerd besluit uitgebracht over de terugwerkende kracht bij inbreng met fiscale afrekening van een onderneming in een besloten vennootschap of naamloze vennootschap (‘ruisende inbreng’). Evenals het voorgaande besluit bevat het nieuwe besluit een goedkeuring van de staatssecretaris. Zo kan de inspecteur op schriftelijk verzoek voor de heffing van de inkomstenbelasting en de vennootschapsbelasting terugwerkende kracht verlenen aan de voorovereenkomst.
Een dergelijke vóór-voorperiode kan tot ten hoogste drie maanden in aanmerking worden genomen. Daarnaast moet, evenals voorheen, worden voldaan aan een aantal nadere voorwaarden. Het nieuwe besluit bevat een uitbreiding van deze goedkeuring tot het resultaat uit overige werkzaamheden, als een werkzaamheid wordt ingebracht in een nv of bv.

Stel u wilt uw onderneming omzetten in een besloten vennootschap. Dit brengt in beginsel een fiscale afrekening mee. De Hoge Raad heeft al in 1953 beslist dat bij zo’n omzetting het overgangstijdstip van de heffing van inkomstenbelasting naar de heffing van vennootschapsbelasting niet kan liggen vóór het moment waarop de overeenkomst is gesloten. Op schriftelijk verzoek verleent de belastinginspecteur evenwel onder voorwaarden terugwerkende kracht aan deze voorovereenkomst. Een dergelijke vóór-voorperiode kan tot ten hoogste drie maanden in aanmerking worden genomen.

Onlangs heeft de staatssecretaris van Financiën een geactualiseerd besluit uitgebracht over de terugwerkende kracht bij ruisende inbreng in een bv of nv. In het nieuwe besluit wordt de hiervoor beschreven goedkeuring uitgebreid tot het resultaat uit overige werkzaamheden, als een werkzaamheid wordt ingebracht. Voor het overige wordt met het nieuwe besluit geen inhoudelijke wijziging beoogd.

Het schriftelijk verzoek om terugwerkende kracht te verlenen aan de voorperiode moet aan verscheidene voorwaarden voldoen. Zo wordt terugwerkende kracht niet verleend indien dat zou leiden tot een incidenteel fiscaal voordeel. De voorovereenkomst moet worden gesloten en geregistreerd binnen drie maanden na het gewenste overgangstijdstip. Voor zover een onderneming wordt ingebracht, zijn de ondernemersfaciliteiten niet van toepassing in de vóór-voorperiode. Verder zijn de totstandkoming van de bv of nv en de inbreng gebonden aan een termijn, namelijk binnen negen maanden na aanvang van de voor-voorperiode. Tot slot moet binnen zes weken na dagtekening van de beslissing om terugwerkende kracht te verlenen, een akkoordverklaring ten aanzien van de voorwaarden worden verstrekt aan de inspecteur. Dit laatste geldt zowel voor de ondernemer/resultaatgenieter als de bv of nv.

Is er geen voorovereenkomst, maar heeft de ondernemer/resultaatgenieter wel eenzijdig een intentieverklaring opgesteld voor het oprichten van een bv of nv , dan kan aan deze intentieverklaring onder dezelfde voorwaarden ook terugwerkende kracht worden verleend, op dezelfde wijze als bij een voorovereenkomst.

Het geactualiseerde besluit is per 27 september 2008 in werking getreden en werkt terug tot en met 16 september 2008.

Bron: www.rechtennieuws.nl, 22 oktober 2008