Een vreemdeling die een asielaanvraag heeft ingediend mag niet worden vervolgd voor het hebben en gebruiken van valse reisdocumenten als die aanvraag nog loopt. Dat oordeelt de Hoge Raad vandaag.

Het Vluchtelingenverdrag (art. 31) biedt bescherming aan vluchtelingen. Soms is het voor vluchtelingen niet mogelijk om op legale wijze toegang te krijgen tot een veilig land. Aan die bescherming zou ernstig te kort worden gedaan als de vluchteling zou mogen worden vervolgd voor het bezit en gebruik van valse reisdocumenten. De Hoge Raad is daarom van oordeel dat een vreemdeling die met valse papieren Nederland binnenkomt en hier asiel aanvraagt, een beroep kan doen op deze bepaling uit het Vluchtelingenverdrag, ook als nog niet vaststaat dat hij aan alle voorwaarden voor erkenning als vluchteling voldoet. … Lees meer

Bron: Rechtspraak.nl

Huis Advocaat Particulier

Huis Advocaat Zakelijk

Huis Advocaat Non Profit